Nicolaas Beets (1814-1903) publiceerde zijn Camera Obscura als 25-jarige jongeman onder zijn pseudoniem Hildebrand in 1839. Het boek kreeg echter zijn definitieve vorm pas in 1871. Onmiskenbaar is de invloed van Charles Dickens in deze bonte verzameling van wat wel de eerste Nederlandse ‘cursiefjes’ kunnen worden genoemd. Oer- en oerhollands zijn de rake typeringen van de families Stastok en Kegge, de onaangename mens uit de Haarlemmerhout en al die andere, niet kapot te krijgen beroemdheden in deze eindeloos populaire vaderlandse kijkdoos.
Het was een brandendheete vrijdagachtermiddag in zekere Hollandsche stad; zoo heet en zoo brandend, dat de mosschen op het dak gaapten, ’t welk op gezag der Hollandsche manier van spreken, de grootste hitte is, die men zich voor kan stellen.
